Vragen bij Openbaring 13
Vraag 1
N.a.v. Openbaring 13: 5 en 6: Het beest kreeg de macht om zijn bek te gebruiken voor grootspraak en godslasteringen, en dat tweeënveertig maanden lang. Het opende zijn bek en lasterde God, zijn naam en zijn woning en hen die in de hemel wonen.
Zijn woning en hen die in de hemel wonen: De gelovigen maken deel uit van de onzichtbare eindtijds-tempel die zich uitstrekt tot op de aarde. De gedachte dat je als gelovige nu, in Christus, een plaats hebt gekregen in de hemel vind je ook in Efeziërs 2:6 (Vgl. Efeziërs 1:3; 1:20). Bespreek samen wat dat zou kunnen betekenen voor je leven nu.
Vraag 2
N.a.v. Openb. 13:8: wat betekent het voor je dat je naam is geschreven in het boek van het leven, van het Lam dat geslacht is?
Vraag 3
Je hebt verschillende benaderingen gehoord over het merkteken van het beest en het getal 666. Kennelijk kun je hier op verschillende manieren tegenaan kijken. Welke benadering spreekt je aan? Wissel samen uit, en heb daarbij respect voor elkaars mening.