Lees samen: Efeziërs 4:1-6
“Ik, die gevangen zit omwille van de Heer, vraag u dan ook dringend de weg te gaan die past bij de roeping die u hebt ontvangen: wees steeds bescheiden, zachtmoedig en geduldig, en verdraag elkaar uit liefde. Span u in om door de samenbindende kracht van de vrede de eenheid te bewaren die de Geest u geeft: één lichaam en één geest, zoals u één hoop hebt op grond van uw roeping, één Heer, één geloof, één doop, één God en Vader van allen, die boven allen, door allen en in allen is”
Dit is wel heel erg wennen. Het is zondagochtend en we komen als gemeente niet bij elkaar om God te ontmoeten, Hem te eren, te luisteren naar zijn woord. En we ontmoeten elkaar niet face to face zoals we gewend zijn.
En toch horen we bij elkaar, en we zijn verbonden met elkaar. Sterker nog, als Paulus het in zijn brief aan de Efeziërs heeft over de gemeente , dan bedoelt hij de hele gemeente van Christus, zijn lichaam, dat bestaat uit alle gelovigen over de gehele wereld.
Dus ook al zit je vandaag alleen of met een paar anderen thuis, om samen te bidden en zijn woord te lezen, dan ben je één met alle gelovigen in Christus, verspreid over de hele wereld.
En voor die wereldwijde gemeente heeft Paulus hier een boodschap. Hij heeft in de hoofdstukken ervoor uitgebreid geschreven over alles dat we ontvangen hebben van God. Hij heeft ons in Christus “met talrijke geestelijke zegeningen gezegend” (Ef. 1:3). Dat woordje “in Christus” is daarbij essentieel. De Heer stierf voor jou, droeg jouw zonden, stond op uit de dood, en toen je in Hem bent gaan geloven plaatste God jou in Christus. En in die positie, in Christus, ontvang je zegening op zegening van de God die nu je Vader is geworden, die je vergeeft en als zijn kind aanvaard heeft.
Daarbij moet je bedenken, dat toen Paulus deze brief schreef er een punt in de christelijke gemeenten speelde, dat iedereen bezig hield: het feit dat al die zegeningen en die aanvaarding niet alleen voor de joodse gelovigen waren maar ook voor de niet-joden. Ook de heidenen hoorden nu bij de gemeente, het lichaam van Christus. Joden en niet-joden leefden in één gemeente. Het kostte tijd voor de christenen in de eerst eeuw na Christus om dat helemaal te aanvaarden.
Tegen die achtergrond schrijft Paulus aan de Efeziërs: Span u in om door de samenbindende kracht van de vrede de eenheid te bewaren die de Geest u geeft.
Dat woordje: span u in, is één van onze waarden: zorgvuldig met elkaar omgaan. Het Griekse woord betekent zoiets als gretig iets doen en gewetensvol zijn in het uitvoeren van iets.
In de gemeente in Efeze waren er spanningen, omdat de gemeente bestond uit joden en niet-joden. Maar er was een eenheid die daarbovenuit ging, de eenheid die de Geest geeft: Ook wij allen immers zijn door één Geest tot één lichaam gedoopt, hetzij dat wij Joden zijn, hetzij Grieken, hetzij slaven, hetzij vrijen; en wij allen zijn van één Geest doordrenkt (1 Kor. 12:13).
Ook wij hebben allemaal dezelfde Geest ontvangen, en Hij maakt ons een, Hij bindt ons samen, ook al zitten we nu door omstandigheden vandaag niet allemaal in dezelfde ruimte. En Paulus roept de Efeziërs op, en dus ook ons, om die eenheid te bewaren. En hij vertelt hoe we dat kunnen doen: door de band van de vrede. Je zou het zo kunnen zeggen: door de band die uit vrede bestaat.
We komen uit een periode waarin we die onderlinge vrede niet ervaarden. Die periode willen we achter ons laten, maar we willen er wel van leren. Het woord vrede: eirene, betekent zoiets als harmonie en eensgezindheid. Zoals het goed is tussen jou en God, door de Heer Jezus Christus, zo wil God ook dat het goed is tussen elkaar.
Hoe kunnen we zo zorgvuldig met elkaar omgaan dat die band van de vrede in stand blijft?
Ik had op dit punt van mijn overdenking allerlei antwoorden willen geven. Maar misschien is het wel veel beter dat we daar zelf over nadenken, ervoor bidden en Gods woord onderzoeken om te leren hoe we zorgvuldig met elkaar kunnen omgaan.
Gods zegen op deze mooie zondag.
Henk